Zinnebeeldige verklaaring der illustre sledevaart, ten besluite der heugchelijke eeuwfeesten, wegens de wonderbaare verlossing, en de daar op, ten loon voor de vaderlandsche deugd, gevolgde opregting van Hollands Hooge Schoole der stad Leyden. Leiden, Hendrik Coster, 1776.

Ter afsluiting van de Leidse eeuwfeesten van 1774 en 1775 (200 jaar Leidens ontzet en kort daaropvolgend het 200-jarig bestaan van de Leidse universiteit) had het toneel- en dichtgenootschap 'Veniam pro Laude' een sledevaart georganiseerd, een optocht over de besneeuwde Leidse straten met allerlei allegorische voorstellingen, ontworpen door Le Francq van Berkheij. Deze bood aan een beschrijving van de sledevaart te maken en op eigen kosten te laten drukken, maar dat aanbod werd door een van Veniams vooraanstaande leden, boekverkoper-uitgever Cornelis Heyligert, afgeslagen. Drie dagen later verscheen een 'Beschrijving der plegtige sledevaert van het genootschap 'Veniam pro Laude', geschreven door diezelfde Cornelis Heyligert. Berkheij brak daarop met het genootschap waarvan hij 20 jaar lid was geweest en publiceerde alsnog zijn eigen 'Zinnebeeldige verklaaring der illustre sledevaart'. 'Veniam pro Laude' kon eind 1783 nog zijn 50-jarig bestaan vieren, maar ging kort daarna ter ziele.