Vranck, Francois
Rare pamphlet, Public affairs 1587 | Corte verthoninghe van het recht byden ridderschap eedelen (…), Rotterdam, D. Mullem [1587], [2]+[7] pp. With provenance of Pieter Bor Christiaensz: “Dit stuck principael in mijn Nederlantsche Historie te insereren”.
De Corte Verthoninghe stelde dat gedurende 800 jaren Holland, West-Friesland en Zeeland waren geregeerd door een graaf, aan wie de ‘Heerschappije ende Souverainiteyt’ was opgedragen door de Staten van het land. In die eeuwen hadden graaf en Staten een symbiose gevormd die Holland eer, welvaart en 800 jaar vrijheid gebracht hadden. In de Corte Vertoninghe geeft Vranck aan dat de Staten in het politieke bestel van oudsher een uiterst gewichtige rol speelden. Zonder het advies van de ‘Eedelen ende Steden vanden Lande’ (B2) kon de graaf geen belangrijke besluiten nemen en wanneer de graaf ten nadele van het land handelde, traden de Staten corrigerend op. Indien de graaf de vrijheid en het welzijn van het land in gevaar bracht of tot tirannie verviel, dan hadden de ‘lantsaten’ tevens het recht zich hiertegen te verzetten via de Staten, wier hoofdtaak het as ‘omme de rechte, vryheden ende Previlegien vanden Lande te maincteneren, ende alle inbreecken te weren ende wederstaen’. Vranck ging uitvoerig in op de aard van het gezag van de Staten. Hij betoogde dat de autoriteit van de Staten niet berustte op de dertig of veertig personen die er toevallig lid van waren maar voortkwam ‘uit crachte vande commissie van hare principalen’. de edelen en de steden van het land. Ten volle erkende de Goudse stadspensionaris het representatieve karakter van de Staten. Hij stelde ‘dat die gene die verclaren de Souverainiteyt der Landen te wesen byden Staten’, niet refereerden aan enkele particuliere personen maar aan ‘hare principalen, te weten, die Eedelen ende Steden vanden Lande, die sy uut crachte van hare Commissien Representeeren’. Het ging Vranck om de uitoefeninge van de soevereine macht. Door te wijzen op de symbiose tussen Staten en volk, in meer artistocratische zin geinterpreteerd als edelen en steden, kon de uitoefening van de soevereine macht van het land door de Stten worden gelegitimeerd. De soeverenigiteit van het land was ‘byden Staten in alle saecken’.
SKU: BB110268
François Vranck (ca 1555-1617) was een belangrijk Nederlands staatsman tijdens de tachtigjarige oorlog en speelde een grote rol in de discussie over de soevereiniteit van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden in 1587. Vranck bevond zich in het kamp van Johan van Oldenbarnevelt (1547-1619). Met Van Oldenbarnevelt behoorde Vranck tot de heftigste vijanden van Leicester. Vranck schreef een betoog waarin hij langs historische weg de heerschappij van de regenten, de Staten verdedigde. Het stuk staat bekend als de Deductie of Justificatie of Corte vert(h)oninghe.
Vrancks betoog vormde het vertrekpunt van de Republiek en was als zodanig de theoretische basis inzake de soevereiniteit. De Staten van Holland konden op deze manier de staatsrechtelijke positie innemen van de graaf van Holland, zonder overigens afscheid te nemen van het bestel van het Heilige Roomse Rijk. In 1588 namen de Staten dan ook de soevereiniteit definitief op zich en verenigden de zeven soevereine provinciën zich als een statenbond in de Republiek der Verenigde Nederlanden. Het stuk van Vranck is de grondslag geweest voor latere beschouwingen over de soevereiniteit door Hugo de Groot (1583-1645) en Simon van Slingelandt (1664-1723), en kreeg een plaats in het Groot Placaet-Boeck als een van de fundamentele wetten.
Pieter Bor (1559-1635) schreef het Historieboek Oorspongk, begin en vervolgh der Nederladsche oorlogen, beroerten en borgerlyke oneenigheden. In het derde deel uit 1681 “Nederlandsche historien” beschrijft hij op p. 82-85 de Corte Vertoninghe. Bor was een Nederlandse historicus en notaris in Haarlem.
€ 981,00 (€ 900,00 ex. btw)
In stock